Columnist Aaf Brandt Corstius wil graag een tijdlijn op Instagram met allemaal mensen die duf zitten te koekeloeren naar hun telefoon.
Blogger Esther Walker van Onthespike.com inspireert me altijd. Omdat ze erg eerlijk is over al de gebieden waarop ze faalt in het leven, nogal harde noten kraakt over het opvoeden van kinderen en ruiterlijk toegeeft dat ze een enorm zwakke plek heeft voor kleren en spullen kopen. Ze is erg leuk, levendig en stijlvol – heus, ook dat. Maar ze is ook soms somber, kwaad, chagrijnig en kritisch, en dat schrijft ze eerlijk op.
Onlangs schreef ze een epistel – doet ze helaas niet zo vaak, want ze is geloof ik ook lui als blogger, gaf ze een tijdje geleden toe – over social media. Daar hebben al zo veel mensen hun plasje overheen gedaan, maar zij deed een interessant experiment. Per dag had Walker haar Instagram-tijd op een limiet van een kwartier gezet. En daarna voelde ze zich beter. Echt, objectief beter.
Te veel verschillende mogelijkheden
Walker had het niet over de bekende Instagram-jaloezie die je kunt voelen als je ziet dat een ander een perfect ingericht huis heeft dat tien keer zo groot is als het jouwe. Ook ging voor haar niet op wat veel tienermeisjes meemaken: dat ze een negatief beeld van hun uiterlijk krijgen omdat ze zo veel gefotoshopte perfecte influencers de revue zien passeren. Nee, zij kwam tot de volgende conclusie: ‘Het is de blootstelling aan een eindeloze reeks verschillende mogelijkheden van dingen die je zou kunnen of moeten doen; die is zo verwarrend en uiteindelijk nogal verlammend.’
Ja, dát is het, dacht ik. Dat is het vervelende gevoel dat ik soms krijg van Instagram, misschien vaker dan ik zou willen toegeven. Het is niet dat ik iets wil hebben wat een ander heeft (want daar ben ik te oud voor), of dat ik wil zijn zoals een ander is (daar ben ik te verstandig voor), of eruit wil zien zoals anderen, maar dat ik zo veel mensen zo veel dingen zie doen die ik zelf dan ook zou moeten doen.
Het scrollen door een timeline suggereert, binnen een minuut, al dertig activiteiten die anderen op dat moment doen en jij niet: ze zijn bij een toneelstuk, zitten op een Waddeneiland, maken een wandeling, illustreren zelf een boekje, lachen met vrienden, koken courgettesoep, repareren een fietsband, behangen een muurtje.
Suf scrollen
Extra erg is dat je dan zelf per definitie niets doet en op de bank zit. Je kunt niet instagrammen terwijl je een zeiltocht maakt, of een strandwandeling. Dus: jij ziet alle activiteiten van anderen voorbijkomen terwijl je zelf stilzit en naar je telefoon tuurt. Dat maakt het nog erger.
Want ik zie ook weleens iemand door een raam een feestje vieren terwijl ik zelf, bijvoorbeeld, door de stad wandel. Maar dat komt minder hard binnen, want ik ben zelf ook iets aan het doen. Erger is het als ik, eigenlijk al te moe maar te gaar om naar bed te gaan, door mijn tijdlijn scrol en dán iemand een feestje zie vieren. Dat zou ik ook kunnen doen. En ik ben het niet aan het doen! Nee, ik zit suf te scrollen. Wat erg.
Daar komt bij dat je de mensen vaak ook nog kent. Dus gewone, alledaagse mensen zoals jij zijn altijd dingen aan het doen (en plaatsen die op Instagram) op het moment dat jij duf zit te koekeloeren naar je telefoon.
Ik wil eigenlijk een tijdlijn met allemaal mensen die duf zitten te koekeloeren naar hun telefoon. Kan dat? Gaat vast nooit gebeuren. Tot die tijd zet ik ook de limiet van een kwartier erop, net als Esther Walker. Verwarrend en verlammend. Ze heeft gelijk.
- Hier vind je nog meer columns van Aaf.
- Het effect van een heel weekend offline zijn.
- Vijf keer inspiratie voor een offline hobby.
Tekst Aaf Brandt Corstius Fotografie Tran Mau Tri Tam/Unsplash.com