Iris staat voor de klas én heeft een plantenzaak

Iris van den Driesschen heeft samen met haar moeder plantenzaak t’ Stekje geopend – in haar ouderlijk huis. Daarnaast staat ze ook voor de klas.

Wat ben je aan het doen?

“Samen met mijn moeder Margriet heb ik plantenzaak ’t Stekje geopend. We hebben een selectie bijzondere planten, waarvan sommige heel bekend zijn en andere minder. Ook verkopen we mooie, handgemaakte spullen zoals sieraden die mijn moeder zelf maakt, schilderijen van mijn tante, plantenpotten en natuurlijke zeep – allemaal afkomstig van lokale ondernemers. Op een makersmarkt ontmoetten we bijvoorbeeld de pottenbakkers van Kleimegen, hun potten zijn alleen bij ons verkrijgbaar. Daarnaast sta ik vier dagen voor de klas, maar ik heb nu eerst zwangerschapsverlof. Dat betekent ook dat ik ’t Stekje even aan mijn moeder overlaat.”

Waarom wilde je naast je baan in het onderwijs ook een winkel openen?

“Een winkel was voor mijn moeder en mij een stiekeme droom – mijn moeder was altijd al in de weer met plantenstekjes. Ook is het een fijne afwisseling met ons werk. Voor de klas staan vraagt veel energie, je bent altijd aanspreekbaar en moet altijd aan staan. Daar komen nog de piekmomenten bij zoals toetsen, oudergesprekken en rapporten. Aan het eind van zo’n dag ben ik echt gesloopt. Mijn moeder werkt als verpleegkundige, die herkende dat gevoel. Toen we erachter kwamen dat een deel van mijn ouderlijk huis een winkelbestemming had, zeiden we: waarom doen we het niet gewoon? Dus nu lopen er klanten door de voormalige slaapkamer van mijn zusje. Juist omdat ons reguliere werk zo intensief is, is het fijn dat we hier ons eigen tempo kunnen bepalen. Mijn moeder doet de donderdag, ik de vrijdag, en de zaterdagen dat we open zijn, wisselen we af.”

Wat betekent deze winkel voor jullie?

“Voor ons allebei is de winkel een plek geworden om op te laden. Het is heerlijk om op vrijdag met totaal iets anders bezig te zijn, om lekker de jungle in te stappen tussen alle plantjes. Ik kan op mijn gemak de klanten helpen en sluit zo op een relaxte manier de week af. Stiekem doe ik tussendoor nog wel dingen voor school – het lukt me niet om dat helemaal los te laten. Misschien geeft dat niet, want met deze winkel erbij is het makkelijker geworden om ons andere werk te doen.”

Hoe is het om de winkel samen met je moeder te runnen?

“Heel bijzonder. Mijn moeder en ik leren elkaar van een andere kant kennen, en zien nu hoe we elkaar kunnen aanvullen. De inkoop doen we zo veel mogelijk samen. Soms zijn we het niet met elkaar eens, dan vindt mijn moeder een potje of een plant mooi en ik niet. Maar het kan zomaar zijn dat zo’n item dan binnen een week verkocht is. Het is erg leuk dat we elkaar nu veel meer zien – ik woon namelijk niet echt om de hoek. Mijn zusje Florien is er als grafisch ontwerper ook bij betrokken. Zij maakte het logo, de stickers en cadeaubonnen.”

Wat vinden je leerlingen van je winkel?

“Ze vinden het fantastisch dat ik ‘die juf van de plantenwinkel’ ben. Soms komt er een leerling langs die het dan heel grappig vindt om mij zo bezig te zien. Mijn klaslokaal lijkt inmiddels ook wel een plantenwinkel. Voor de dagplanning en de getallenlijn gebruik ik kaartjes met planten erop, en overal staan potjes met groen. Maar mijn favoriet, de Anthurium clarinervium, zet ik niet in de klas. Dat is een bijzondere plant met fluweelzachte, hartvormige bladeren, die maximaal twee keer per week een scheutje water mag. Ik denk dat de kinderen hem binnen een week zouden verzuipen.”