Online editor Bente van de Wouw liep in 2019 na een burn-out, paniek- en angststoornis de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella en schreef er een boek over: Onderweg. In deze reeks deelt ze het online dagboek dat ze tijdens haar wandeling elke dag bijhield.
Dag 1: Saint-Jean-Pied-de-Port naar Espinal (31 km)
Dag 1 overleefd. Was meteen de zwaarste etappe. 31 km door de Pyreneeën met onvoorspelbaar weer en klimmen, klimmen, klimmen. Had ook nog het geluk dat het zó hard regende, dat ik net zo goed onder de douche had kunnen staan. Maar dat broodje Spaanse ham als je eindelijk een alburgue tegenkomt, hemels.
Het was zo mistig op de berg, dat ik alleen twintig meter voor en achter me zag. Maar toch, wat een gave eerste étappe. De helft gelopen met een priester uit Zweden en gekletst over zijn geloof en de discussies daarover. Zo gingen die acht uur klimmen (en weer dalen) best snel. Nu weer op mijn krakkemikkige stapelbedje in de slaapzaal. Nog 768 km te gaan.
Dag 2: Espinal naar Larrasoaña (21 km)
De eerste blaren zijn een feit. Hoewel het maar 21 km was, vond ik ‘m pittig. Ik liep voor het eerst écht alleen, en dan ga je nadenken. Ik voelde angst voor de tocht en heb me zo’n vier keer per uur afgevraagd wat ik in godsnaam aan het doen ben. Dat zal de komende dagen, of misschien de hele tocht, nog wel zo zijn. Gewoon blijven lopen en dan komt het goed.
En dat deed het. Want ik werd een stuk relaxter na de lunch en heb een heerlijke albergue waar ik al om half twee ’s middags aankwam. Magnetronmaaltijd in mijn mik, blaren behandelen en de rest van de avond niet meer bewegen. Ik vind het prima.
Dag 3: Larrasoaña naar Cizur Menor (21,3 km)
Hoewel ik in mijn uppie ben, heb ik nooit het gevoel dat ik écht alleen ben. Ik heb vandaag alleen gewandeld, maar ook met een Fransman, een vrouw uit Ierland en jawel, de Zweedse priester. Ik ben hem al zo vaak tegengekomen dat we voortaan geen doei meer zeggen, omdat we daar zo moe van worden als we elkaar daarna weer tegenkomen.
Vandaag 21 km gelopen, voor het eerst naar een grote stad: Pamplona. Bezoekje gebracht aan de kathedraal en er geluncht, daarna doorgelopen naar een dorpje net buiten de stad. De albergue heeft een gigantische tuin en de was doen (je moet je wandelkleding elke dag wassen) is een feestje. Morgen weer een pittige dag met een flinke klim en daling.
Dag 4: Cizur Menor naar Puente la Reina (19,2 km)
Tot grote hoogte gestegen vandaag. En dat is allemaal leuk en aardig, totdat je maar drie uur slaapt omdat je buurman snurkkampioen is en je ook nog eens ziek wordt. Die 21 km naar het volgende stadje voelde als een groot gevecht en een tripje naar de apotheek was mijn enige bezienswaardigheid. Afijn, das ’t leven. Nu vroeg onder de wol in een eigen kamer die ik deel met één Ierse vrouw in plaats van een slaapzaal. Kijken hoe ik me morgen voel.
- Bentes boek is hier te bestellen, of koop het bij je lokale boekhandel.
- Op haar Instagram-pagina vind je meer foto’s van de tocht naar Santiago de Compostella.
- Lees ook Bentes andere columns.
Tekst en fotografie Bente van de Wouw