Het bijzondere leven van Jane Birkin: muzikant, auteur en stijlicoon

De wereld is helaas weer een persoonlijkheid armer. Het leven van Jane Birkin was er een van pieken en dalen. Ze werd wereldberoemd door het ‘hijgduet’ Je t’aime… moi non plus, en maakte furore als acteur. Door toeval werd Jane ook nog eens een stijlicoon. Wie was deze vrouw?

Ze heeft het verhaal al vaker verteld. Hoe haar ouders, de beroemde theateracteur Judy Campbell en beroepsmilitair David Birkin, haar al vroeg naar kostschool sturen, zoals dat gaat in die kringen. Maar ze is er niet gelukkig. Haar klasgenootjes pesten haar met haar jongensachtige voorkomen.

Hoe ze op haar zeventiende door de gevestigde (James Bond-soundtrack-)componist John Barry aangenomen wordt voor zijn musical Passion flower hotel en op haar achttiende met hem trouwt. Drie jaar later komt dochter Kate ter wereld. Ze wacht eindeloos totdat hij, ongeïnteresseerd geraakt, ’s avonds thuiskomt. Het verbaast haar eigenlijk niet dat John haar een paar maanden na de geboorte van Kate verlaat.

Vrij in Frankrijk

Hoe ze in 1968 na een naaktscène in de beroemde sixtiesfilm Blow-up als Brits meisje van 23 zonder ook maar een woord Frans te spreken de hoofdrol weet te bemachtigen in een Franse film, Slogan. Wat haar eerste indruk was van haar tegenspeler, de bad boy van de Franse popmuziek, Serge Gainsbourg, ruim achttien jaar ouder dan zij: “Bot en arrogant.” Hoe tijdens het filmen zijn gedrag maar een pose blijkt: ze beginnen een gepassioneerde relatie en Jane gaat nooit meer terug naar Engeland. Want wat heeft ze daar te zoeken? Natuurlijk, haar ouders, maar van hen heeft ze eigenlijk al lang geleden afscheid genomen. “Ik weet niet wat er in Engeland van mij was geworden,” zegt ze later. “Had ik op het toneel durven staan, zoals mijn moeder die daar een enorme ster was? Had ik in de buurt van mijn vaders familie een carrière kunnen hebben die net zo vrij was als die in Frankrijk? Het is allebei heel onwaarschijnlijk.”

Het beroemdste hijgnummer

En dan komt het: ze is zo verliefd op Serge dat ze zich geen seconde bedenkt als hij vraagt of zij een nummer met hem wil opnemen dat hij voor zijn vorige geliefde, Brigitte Bardot of all people, heeft geschreven. Ze zegt meteen ja, niet uit ambitie – die krijgt ze pas later, maar alles beter dan dat hij dit seksueel nogal expliciete nummer met een ander opneemt. En dus staat ze in 1969 samen met Serge in een studio in Marbella het beroemdste hijgnummer in de geschiedenis op te nemen: Je t’aime… moi non plus.

Het wordt een wereldwijde hit, ‘een symbool van vrijheid’ zelfs, volgens Jane, mede doordat het wordt verboden door radiostations in Italië, Spanje en Engeland. Je t’aime is een sleutelmoment, als een verzoening met zichzelf. Ziet de wereld haar als sekssymbool? Dan kunnen ze het krijgen ook. Ze gaat in transparante mini-jurkjes naar feestjes, ze doet pikante fotoshoots alleen en met Serge, ze speelt de minnares van Brigitte Bardot in de film Don Juan (1973). Al gauw is Frankrijk net zo verliefd als Serge op ‘la petite Anglaise’ met haar charmante accent. In Engeland zijn de swinging sixties losgebarsten en Jane laat in Frankrijk zien hoe die eruitzien: haar witte T-shirts en jeans met wijde pijpen, haar lange steile haar en haar pony worden iconisch. Als handtas, óók op de rode loper, draagt ze een Portugees rieten mandje, gekocht op de markt in Londen. Ook Serge krijgt van haar een stijl-update: voortaan geen onderbroek meer onder zijn jeans.

De keerzijde van een romantisch bohemianbestaan

Serge heeft een neus voor publiciteit en zorgt ervoor dat het paar immer in het middelpunt van de belangstelling staat. Op straat worden ze zelfs van achteren herkend, herinnert Jane zich: “Ik vanwege mijn mandje, hij vanwege zijn flaporen.” Inmiddels is in 1971 hun dochter Charlotte geboren. Dat weerhoudt de jonge ouders er niet van gulzig gebruik te maken van de uitgaansmogelijkheden die Parijs hun biedt. Serge en Jane zijn veel in clubs te vinden. Eerst met de baby in de reiswieg, later laten ze zich door taxi’s net op tijd thuisbrengen om de kinderen wakker te maken voor school – om daarna in bed te duiken en te slapen totdat ze weer thuiskomen. Tussen deze bedrijven door speelt Jane in films zoals Death on the Nile (1978) en maakt ze samen met Serge platen met titels als Di doo dah (1973) en Lolita go home (1975).

Dit romantische bohemienbestaan heeft ook een keerzijde: Serge is een alcoholist met een kwade dronk. De scènes stapelen zich op. Tijdens een ruzie springt Jane een keer in de Seine; Serge belt gauw de krant zodat er verslag van kan worden gedaan. Zo gaat het door tot Jane er genoeg van krijgt. De situatie in de Rue de Verneuil is onveilig voor haar kinderen, vindt ze. Ze wil op eigen benen staan. Als regisseur Agnès Varda een documentaire over haar maakt, vraagt Serge: “Je gaat toch wel je lippen vochtig maken en een beetje zwoel kijken?” Zij antwoordde: “Nee Serge, ik ga mijn lippen niet vochtig maken en zwoel kijken, en ik ga géén make-up opdoen en waarschijnlijk knip ik mijn haar af.” Hij is geschokt.

Ze ontmoet een andere man: regisseur Jacques Doillon (‘een ongelooflijk knappe jongen’ schrijft ze in haar dagboek bij hun eerste ontmoeting). In 1980, na een relatie van twaalf jaar, verlaat Jane Birkin Serge Gainsbourg.

Serge is nooit ver weg

Jane knipt haar lange haar inderdaad af en draagt voortaan mannenkleren: oversized colberts, wijde broeken en All Stars. “Ik wil dat mensen tijdens optredens op de muziek en de teksten letten, niet op mij.” Ze gaat samenwonen met Jacques, met wie ze haar derde dochter krijgt: Lou (1982). De rollen die ze in de films van haar vriend speelt – La fille prodigue (1981), La pirate (1984) – worden geprezen. Eindelijk krijgt ze waardering voor wat ze doet in plaats van voor wie ze is!

Maar Serge is nooit ver weg. Hij laat zich door Lou ‘Papa Deux’ noemen; hij blijft nummers voor Jane schrijven – de mooiste, vindt Jane, staan op Baby alone in Babylone (1983). Misschien omdat ze hem nu tegenspreekt? “Ik was zijn creatie niet meer.” Toch mist ze hem, ook tijdens een fijne strandvakantie met Jacques en de kinderen. ‘Maar waar is Serge, aan de bar’ schrijft ze in haar dagboek.

In 1991 overlijdt Serge Gainsbourg, die dan al een nieuwe lever heeft en dagelijks vijf pakjes Gauloises zonder filter rookt, aan een hartaanval. Vier dagen later sterft Janes vader. Binnen een paar dagen is ze de twee mannen kwijt die onvoorwaardelijk van haar houden. In 1992 komt er ook een einde aan de relatie met Jacques, naar verluidt omdat ze Serge zelfs na zijn dood niet kan loslaten.

Foto’s van vroeger

Halverwege de jaren negentig heeft Jane nog een verhouding met schrijver Olivier Rolin, maar daarna wil ze geen relaties meer. Het leven is rustiger zo, zonder verlatingsangst, zegt ze. Bovendien kan ze zich zo helemaal wijden aan Serges nalatenschap. In Frankrijk wordt ze gezien als zijn weduwe, waarmee ook zij een soort nationaal erfgoed wordt. Haar jaren met hem zijn nu ‘ideaal’. Acteren doet ze steeds minder, de nadruk komt te liggen op het zingen. Tijdens optredens brengt ze vooral werk van Serge, dat ze ook in verschillende uitvoeringen op de plaat zet, maar ook eigen nummers. Foto’s van vroeger vindt ze moeilijk om te zien: “We zagen eruit als Barbiepoppen.”

Van rieten mandje naar Birkin bag

Haar status als stijlicoon versterkt ze door puur toeval. Begin jaren tachtig belandt ze op een vlucht van Parijs naar Londen naast de CEO van tassenmerk Hermès. Als zij haar rieten mandje wil opbergen, valt het om en helpt haar buurman de spullen bij elkaar te rapen. Waarom heeft ze geen gewone tas, vraagt hij. Nou, omdat ze nogal een verlanglijst heeft van waaraan die moet voldoen. Tijdens de vlucht maken ze samen een tekening van haar droomtas.

Een jaar later wordt ze tot haar verbazing door Hermès uitgenodigd om naar een prototype te komen kijken. Het naar haar vernoemde eindresultaat is nu een van de duurste tassen ter wereld, beroemder dan Jane zelf. Haar originele Birkins, geheel naar eigen smaak versierd met stickers, sleutelhangers en kralenkettingen, laat ze in de loop der jaren veilen voor goede doelen.

Meer een kind-moeder

Nadat ze de liefde heeft afgezworen, draait haar leven om haar werk en vooral haar dochters. Ze spreekt ze bijna dagelijks. Op haar 39e is ze al oma; op haar 67e verliest ze haar oudste dochter. In 2013 komt Kate, die fotograaf is geworden, om het leven bij een val uit het raam van haar Parijse appartement. Is het een ongeluk? Of suïcide? Men vreest het laatste; op haar goede dagen denkt Jane het eerste. “Kates dood is zo’n groot mysterie. Ik breek me er al zeven jaar het hoofd over,” zegt ze in een interview in 2020. “Er zal nooit een antwoord komen.” Ze is volgens haar dochter Charlotte jaren van de wereld. Het schuldgevoel dat ze al zo lang met zich meedraagt, speelt hoog op. Is ze wel een goede moeder geweest? “Ik voelde me vaak niet erg verantwoordelijk – was meer een kind-moeder, of een vriendin.”

Telkens een andere vrouw

Niet lang na Kates dood keert de leukemie terug waarvoor Jane in 2002 al werd behandeld. “Vroeger antwoordde ik op de vraag hoe ik wilde sterven altijd: als eerste. Helaas, het leven heeft anders besloten.” Weer ondergaat ze een reeks behandelingen. In 2021 heeft ze een kleine beroerte, waarvan ze redelijk herstelt. Ze blijft optreden.

Rouw kleurt ook de documentaire die Charlotte (acteur en zanger, comme maman; dochter Lou manifesteert zich vooral als zanger) in 2022 over haar maakt. In Jane par Charlotte zien we Jane op het podium en rommelend in haar huis vol bric-à-brac in Bretagne. Ze was in iedere relatie een andere vrouw, zegt ze. Nu is ze gewoon zichzelf. Een feminist? “Ik hoop dat ik me heb uitgesproken op de momenten die ertoe deden.”

Meer lezen

Tekst Liddie Austin Fotografie Getty Images
Gepubliceerd op 17 juli 2023

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN