Ania mist haar vriendin: “Jaloezie sloop uiteindelijk ons contact in”

Onvermijdelijk afscheid, hoe voelt dat? Schrijver Fen Verstappen interviewt Ania, die een dierbare ­vriendin mist.

“Ik groeide op in een Pools stadje en de middelbare school stond veertien kilometer verderop. Vanaf mijn twaalfde zat ik bijna elke dag in de bus en reisde ik heen en weer tussen een saai en voorspelbaar kinderleven en een leven in de grote stad. De vriendschappen in mijn geboortedorp verwaterden en het belang van nieuwe relaties werd nóg belangrijker dan ze voor een puber normaal al zijn.”

“Wie ís dit, vroeg ik me af toen ik Kasia voor het eerst zag zingen. We waren in het cultureel centrum om op te treden met een lokale gitarist. Ze had zo’n perfect ovaalvormig gezicht, vol prachtige sproeten. En hoewel ze helemaal niet zo goed zong, trad ze op zonder gêne en vol overgave. Iedereen in de zaal hing aan haar lippen – de ene helft van jaloezie en de andere helft van verliefdheid. Ik viel zonder voorbehoud in die laatste categorie.”

Rokerige poëziefestivals

“Het mooiste meisje van de klas ben ik nooit geweest, en daar heb ik geen enkele moeite mee. Ik kom uit een fijn gezin waar alles was: aandacht, waardering, opvoedende grenzen en vrijheid. Ik stond stevig in mijn schoenen, ook tijdens die zoekende puberteit. Daardoor was er, anders dan bij veel andere meiden op school, geen concurrentie tussen Kasia en mij. Vanaf die eerste ontmoeting zochten we elkaar steeds vaker op – op school, op weg naar optredens waar we allebei zouden ­zingen, bij rokerige poëziefestivals.”

“Er is één herinnering waar ik de laatste tijd vaak aan terugdenk: dat we op een warme zomeravond met onze voeten in de lauwe zee stonden, straalbezopen van de wodka, en daar maar niet op konden houden met praten – over muziek, filosofie, psychologie. En dat we elke keer zeiden: we nemen er nog ééntje. Niet om onze dronkenschap te kunnen voortzetten, maar om langer door te kunnen praten. Júíst omdat er helemaal geen gevoel van concurrentie tussen ons speelde, was er ruimte voor een diepe ziels­verwantschap.”

Zo gaat het niet meer, zei ze

“Anders dan ik kwam Kasia níét uit een stabiel gezin: haar vader kende ze niet, haar moeder was alcoholist. Hoewel Kasia er altijd verzorgd uitzag, zag je ook dat ze eigenlijk chronisch op zoek was naar vaste grond onder de voeten. Dus toen er een Nederlands theatergezelschap optrad in Sandomierz, en een van de oudere acteurs verliefd op haar werd, verbaasde het me niet dat ze die kans aangreep om kort na hun kennismaking richting een leven met toekomst in Nederland af te reizen.”

“Nee, verraden voelde ik me niet. Wel vond ik het verdrietig dat de ontwik­keling van onze vriendschap hiermee stil kwam te staan. Dat we vanaf nu andere paden zouden bewandelen. Dus toen ik vijf jaar later in de gelegenheid was, reisde ik haar achterna naar Nederland – in de wetenschap dat ik in dat nieuwe land zou kunnen leunen op ons jarenlange verbond. Van de eerste tijd na onze hereniging herinner ik me vooral: veel wijn. We hadden elkaar vijf jaar lang nauwelijks gesproken en gezien, en nu was er alle gelegenheid om onze vriendschap nieuw leven in te blazen. Eén, twee flessen gingen er elke avond doorheen aan haar keukentafel, en dan luisterde ik met veel bewondering naar haar sprankelende verhalen – wat ze meemaakte als schoonmaker, hoe ze hier een leven had opgebouwd, hoe het ging met John en zijn kinderen uit een eerder huwelijk. John zelf was daar ook vaak bij, en ik merkte dat hij mij leuk gezelschap vond. Niet té leuk, dat weet ik zeker, maar toch kwam Kasia na een maand naast me zitten en zei: zo gaat het niet meer. Je moet weg.”

Yoghurt rond zijn mond

“Ik kende verder niemand in Nederland, ik had geen huis meer, geen geld en ik had nog geen werk gevonden. En mijn beste vriendin, de vrouw die ik twintig jaar lang als mijn zielsverwant had beschouwd, had me uit misplaatste jaloezie op straat gezet. Ik dacht: dit was het dan, ik ga terug naar Polen, maar toen belde John me. Hij had een goede vriend die een schoonmaker zocht. Ik ontmoette die vriend een week later op een zonnig, Amsterdams balkon. En hoewel hij yoghurt at die slordig rond zijn mond bleef plakken, vond ik hem grappig en slim. Ik merkte dat ik even dacht: hoe zou het zijn om met deze man een kind te krijgen?”

“De eerste keer dat ik zijn woning kwam schoonmaken, stonden er twee emmers klaar – een voor hem en een voor mij – en na afloop bood hij me aan om met zijn vrienden Koninginnedag te vieren, en gebruik te maken van zijn extra kamer zolang dat nodig was. Af en toe zocht hij fysieke toenadering, maar ik hield het consequent af – mijn grootste angst was te voldoen aan het cliché van het makkelijke Poolse meisje. En toch: in de maanden na mijn verhuizing naar zijn appartement, en na eindeloze gesprekken en veel plezier samen, groeide er echte liefde tussen ons. Toen we na een half jaar weer samen op zijn balkon stonden, zei hij: ik wil jou, wil jij mij ook? Ik zei ja, en toen zoenden we eindelijk.”

Met de voeten in zee

“Nadat Kasia me haar huis uit had gezet, zag ik haar nog af en toe. We kletsten dan wat over fotografie of muziek, en toen mijn eerste dochter werd geboren kwam ze ook nog op babybezoek. Ze zei het niet, maar ik wist dat het haar stak dat ik een gezin had gesticht, terwijl zij kinderloos was gebleven. Dat ik Nederlands had leren spreken, terwijl dat haar niet lukte. Ik merkte dat mijn opleidingen en werk haar dwarszaten, terwijl ze zelf nog steeds huizen schoonmaakte. En toen ik haar bij de geboorte van mijn tweede dochter een kaartje stuurde, liet ze niets van zich horen. Je houdt van me of je haat me, zei ze toen ik haar na twee maanden zelf belde. En ze bedoelde: roep me niet ter verantwoording als ik iets doe wat je niet bevalt.”

“De lijm van onze vriendschap was een volledige afwezigheid van jaloezie geweest, en toch sloop dit gif uiteindelijk ons contact in. Niet aan mijn kant, maar bij haar. Soms voel ik boosheid over hoe het is gegaan, maar dat duurt nooit lang – ik weet dat afscheid nemen bij het leven hoort. Gemis voel ik wel, al gaat dat niet eens zozeer over háár. Wat ik mis, is de schijnbaar onbreekbare connectie die ik voelde toen we met onze voeten in die warme, Poolse zee stonden.”

Meer lezen

Interview Fen Verstappen  Fotografie pkazmierczak/Gettyimages.nl
Gepubliceerd op 16 augustus 2023

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN