Hoewel Flow’s Astrid haar overvolle boekenkast en vintage serviezen heel gezellig vindt, vroeg ze zich toch af of haar huis wat minder vol kon. Ze schreef een jaar lang blogs over de betekenis van spullen. We lichten er opnieuw een aantal uit. Deze keer: de spullen-paradox.
Wat mij heel fijn lijkt aan minder spullen hebben, is dat vrije gevoel in je hoofd. Spullen kosten namelijk veel tijd. Je moet ze kopen, opbergen, schoonhouden, repareren, wegdoen als ze niet meer gemaakt kunnen worden, inpakken als je gaat verhuizen, afstoffen en verplaatsen. Na een tijdje roepen spullen bij mij ook een andere emotie op: Als in: wat bezielde me eigenlijk dat ik juist deze bank uitkoos? Dat is misschien nog wel mijn grootste inzicht. Spullen hebben vaak met mode te maken en die verandert.
De Amerikaanse Tammy Strobel beschrijft in haar boek You can buy happiness (and it’s cheap) hoe ze erachter kwam dat een groot deel van haar leven draaide om spullen. Ze werkte omdat ze geld nodig had om een huis te kopen en dat huis moest vol, en daarom moest ze nog meer werken. Het ergste was dat ze na al dat gedoe helemaal niet gelukkig was. En omdat ze niet gelukkig was, kocht ze nog meer spullen.
‘The paradox of things’ noemt ze dat. Ze schrijft dat je moet uitkijken dat de spullen niet jou bezitten, in plaats van andersom. Een tijdlang toerde ze daarom innig tevreden rond in een klein houten huisje, dat ze hoe-de-wind-waait neerzette op een fijne plek. Ze maakte lange wandelingen en dronk ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds thee uit dezelfde beker. Het was makkelijker om haar leven terug te brengen tot de essentie.
Ik weet niet of ik een hele winter in dezelfde wollen trui kan lopen en of mijn relatie 25 m²-bestendig is, maar in de basis vind ik dit boek een eyeopener. Het leven is te kort om slaaf te zijn van je spullen. En met alleen een iPhone, opschrijfboekje en die ene theebeker kun je dus ook heel gelukkig zijn.
- In de special Het grote boek van minder vind je het boekje ‘Ontspullen met Astrid’, waar een selectie van haar blogs in staat.
Tekst en fotografie Astrid van der Hulst
