Duurzame modepioniers: deze ontwerpers werken met restmaterialen

Elk jaar gooien we gemiddeld veertig kledingstukken per persoon weg. Om vervolgens – ongelooflijk – weer 46 nieuwe mode-items te kopen. Gelukkig zijn er ook mensen die dat niet langer willen.

Sweaters van oude jeans of een koordje voor je zonnebril van gebruikte kralen: er is zo veel mogelijk met restmaterialen. Bovendien kan duurzame mode, volgens een artikel in het Parool, de impact op het milieu met 25 procent terugdringen. Deze ontwerpers gaan ervoor.

Restjes leer

Anouk Janssen ging naar Portugal, om de productie te regelen voor haar eigen schoenenlijn Signed by You. Daar zag ze hoe in de fabrieken enorme bergen restleer klaar lagen voor verbranding. Hier moet ik iets mee doen, dacht ze. Het leidde tot laarsjes gemaakt van geiten- of runderleer. In kleine oplages van maximaal dertig paar per ontwerp, met verwisselbare flappen die steeds voor een andere twist zorgen. Anouk: “Elk paar is uniek, ik zie ze als een soort kunstwerk voor je voeten.” Bij aanschaf krijgen klanten een certificaat meegeleverd. “Daarmee wil ik mensen laten nadenken over de waarde van de laarsjes en waarom je er meer voor betaalt dan voor fast fashion.”

Oude jeans

Karen de Meijer ontwerpt en maakt kostuums voor film, theater, opera, toneel en musicals. Als freelance techdesigner in de modebranche zag ze hoe duizenden afgekeurde kledingstukken in de versnipperaar verdwenen. Zo ontstond het idee om oude jeans te gaan hergebruiken. Ze begon met het ontwerpen van poefen en krukjes, vandaar de merknaam Zitvlak. Later kwamen daar sweaters en tassen bij van afgedankte spijkerbroeken, truien, overhemden. Materiaal krijgt ze via vrienden, kennissen en adressen met kleding die klaarligt om naar de stortplaats te gaan. “Alles wat ik ontwerp en maak is uniek, honderd procent lokaal en circulair; er komt bijna geen energiegebruik aan te pas. Met Zitvlak wil ik laten zien dat je met oude kleding iets nieuws en duurzaams kunt maken.”

Afgedankte kleding

Na haar studie kostuumdesign aan het Amfi besloot Esther Mutsaers zelf weer kleding te gaan maken. Afgedankte jasjes, broeken, jurken en sportswear tovert ze om in duurzame blazers. Haar bedrijf noemt ze NUTT, een verwijzing naar ‘nuttig’. Elke eerste zaterdagochtend van de maand doneren mensen kleding bij haar atelier. En vier keer per jaar mag ze een groene kledingbak leeghalen, de mooie, kwalitatieve stukken leiden tot een unieke blazer. Het doel: bewustzijn creëren over kledingaankoop- en weggooigedrag. In het borstzakje van elke blazer zit een visitekaartje, waardoor het belang van recyclen wordt doorverteld. “Zolang de kledingindustrie niet honderd procent circulair is, bestaat NUTT.”

Oude kralen en sari’s

Sophie Weijenberg zocht ooit tevergeefs een leuk koordje voor haar zonnebril, dus ging ze het zelf maar maken. Toen meer mensen zo’n koordje wilden, begon ze met haar zus het label Coco Bonito. Tijdens een reis door Afrika raakte ze geïnspireerd door de ambachtelijke sieraden en kleding gemaakt door lokale stammen. Ze besloot samen te gaan werken met vrouwen uit verschillende stammen wereldwijd. De vrouwen maken koordjes van lokale materialen als oude kralen of sari’s. Ze denken mee in het ontwerpproces en de inkoopprijs gaat rechtstreeks naar hen, waardoor ze een vast inkomen hebben en hun kinderen naar school kunnen. Coco Bonito verkoopt ook vintage en preloved kleding van kwaliteit. Zo, en via sociale media, hopen de zusjes mensen bewust te maken van hun koopgedrag. “Het is een verantwoordelijkheid die je als modelabel hebt.’’

Meer lezen

Tekst Sophie ten Dam  Bron het Parool  Fotografie Camelia Ciocirlan/Gettyimages.nl
Gepubliceerd op 16 februari 2023

Promotional image

Van mental health tot goed nieuws

Flow nieuwsbrief

Wil je nog meer verhalen van Flow? Twee keer per week versturen we een mail met nieuwe artikelen.

SCHRIJF JE IN