Uit je dip met een app

Toen journalist Catelijne Elzes een lastige tijd had, pakte ze haar telefoon erbij. Om zich met de hulp van apps uit haar dal te mediteren, relativeren en yogaën.
Het was een combinatie van factoren. Twee van mijn betere vriendinnen kregen borstkanker. Mijn zestienjarige zoon kwam thuis met een één, een twee en een drie op zijn rapport en zei dat hij totaal geen motivatie meer had voor school. Plus: er was veel gedoe in de wereld. Trump aan de macht, duizenden wanhopige vluchtelingen op drift. Weinig reden tot blijdschap. Daarbij sliep ik slecht. Ik werd om de anderhalf uur wakker, lag te piekeren, viel weer in slaap en schrok weer in paniek wakker.
Gedachten als: hoe moet het met mijn zoon, zullen mijn vriendinnen het overleven, wat als ze in Amerika of Noord-Korea kernraketten gaan gebruiken, schoten door mijn hoofd. Bij iedereen zit het weleens tegen, bij mij ook, maar nu zat ik er echt doorheen. Ik was continu onrustig, had geen eetlust en vooral geen levenslust. Ik wilde met een deken over mijn hoofd op bed gaan liggen. Dat deed ik niet, omdat de mensen om me heen zeiden dat dat me niet zou helpen. Dus ik ging door.
Andy’s warme stem
Op een dag kwam ik in de supermarkt een bekende tegen. Ik wist dat ze net over een dip heen was en vroeg wat haar het meest had geholpen. “Therapie en Headspace,” antwoordde ze. Therapie had ik al, maar Headspace… “Dat is toch die betaalde app?” vroeg ik. “Ja, en het is iedere cent waard,” zei ze. “Het zijn simpele meditatieoefeningen van tien minuten met een thema. ‘Onrust’ bijvoorbeeld of ‘slaap’. Je doet ze twee weken of een maand achter elkaar. Ik heb er veel aan gehad. Nu nog trouwens.”