Ooit woonde de Iraanse schrijver Dina Nayeri in Amsterdam en haar roman Schuilplaats speelt zich daar voor een groot deel af. In haar huidige woonplaats Londen vertelt ze hoe ze haar verleden achter zich liet.
“De jaren voordat ik naar school ging, zijn een beetje vaag in mijn hoofd. Mijn Maman was dokter en mijn vader, Baba, tandarts. We gingen vaak naar het dorp waar mijn vader was opgegroeid. Het was er landelijk, nog helemaal het oude Iran – dus ik weet hoe het is om de hele dag met de kinderen uit het dorp te spelen, in de aarde te graven en fruit te eten dat we net uit de bomen hadden geplukt. Het leek niet op het leven dat we thuis hadden, in Isfahan, een stad in het midden van het land. Daar hadden we een mooi huis met gele trosrozen in de tuin en een zwembad.
De Iraanse Revolutie in 1979, mijn geboortejaar, zorgde voor enorme veranderingen in ons land. Vrouwen werden gedwongen een sluier te dragen en hun rechten werden ingeperkt. Mijn ouders behoorden tot een groep universitair geschoolde Iraniërs, en onze kennissenkring bestond voornamelijk uit academici en activisten. Mijn moeder zou zichzelf nooit als feminist bestempelen – ze vindt het vreselijk als ik dat zeg – maar volgens mij is ze het wel. En ze was op veel meer manieren progressief. Ze zat als het ware gevangen in de Islamitische Republiek en verlangde naar vrijheid.
Cultuurshock
Mijn schooltijd herinner ik me nog wel goed. In het begin ging ik naar een lief peuterspeelzaaltje en ik leidde een gezellig en comfortabel leven met mijn ouders en broer Daniel, die drie jaar jonger is dan ik. Daarna moest ik naar een lagere school die werd gerund door de staat en dat was echt een cultuurschok. Na de revolutie was namelijk de islamitische wet van kracht geworden op scholen. Voor het eerst in mijn leven moest ik dingen verbergen en verplicht een hidjab dragen. Als je jong bent en ineens een sluier moet, is dat zó beperkend en benauwend. Vooral als je eigenlijk niet religieus bent. Ik denk dat er best wat meisjes zijn die vinden dat het bij hen en hun cultuur hoort om als zes- of zevenjarige onder een hoofddoek te worden gestopt. Dat het een manier is om zich verbonden te voelen met hun moeder. Maar mijn moeder had niets met het dragen van een hidjab. Bij mij thuis deden we ’m meteen bij de deur af als we binnenkwamen, en als we naar buiten gingen deden we ’m met tegenzin weer op.

Achter gesloten deuren waren we een gezin met westerse kleren en westers haar, bij ons thuis waren boeken en een opleiding belangrijk. Ik weet nog dat ik er als zevenjarige boos over was dat ik een hidjab moest dragen. Aan het eind van de dag zat je haar altijd helemaal tegen je hoofd aan geplakt. Je dreef van het zweet, voelde je vies, en toch moest je ’m aanhouden.
Als vrouw in Iran was het destijds makkelijk om gedesillusioneerd te raken. Mijn moeder vond de sprong van moslim naar atheïstische feminist, wat ik ben, te groot. Maar de stap van moslim naar christen maakte ze wel. En zo begon ze in het geheim christelijke artikelen aan haar patiënten te geven, totdat de religieuze politie erachter kwam. En dat is een misdaad waar in Iran de doodstraf op staat. Pas na drie afschuwelijke jaren konden we ontsnappen. Drie jaar van arrestaties, bedreigingen en gewapende mannen van de Revolutionaire Garde die in onze auto sprongen als we stonden te wachten bij een stoplicht, of de dokterspraktijk van Maman binnenvielen. Mijn vader kende een beveiligingsbeambte op de luchthaven, en die smokkelde ons het ruim in van een transportvliegtuig dat op weg naar Teheran een tussenstop maakte om te tanken. Van daaruit vluchtten we verder met een vliegtuig naar Dubai.”
- Het complete verhaal van Dina Nayeri vind je in Flow 7.
Tekst Olivia Gagan Fotografie Eduard Militaru/Unsplash.com
Kijk hier voor alle actuele aanbiedingen en kortingscodes in de webshop.